Hoe declareert u paramedische COVID-19 herstelzorg?

Vanaf 18 juli 2020 is paramedische herstelzorg voor coronapatiënten die ernstige klachten hebben tijdelijk en onder voorwaarden opgenomen in het basispakket. Deze aanspraak is verlengd tot 1 augustus 2022. Ook is de regeling op enkele punten gewijzigd. Deze wijzigingen gaan in per 1 juli 2021.

De aanspraak heeft betrekking op:

  • Fysiotherapie-oefentherapie: maximaal 50 zittingen voor de duur van 6 maanden na de eerste behandeling
  • Ergotherapie: maximaal 10 uur voor de duur van 6 maanden na de eerste behandeling
  • Diëtetiek: maximaal 7 uur voor de duur van 6 maanden na de eerste behandeling
  • Logopedie

Voorwaarden zijn een verwijzing door de huisarts of een medisch specialist en deelname aan het retrospectieve deel van het onderzoek naar de effectiviteit van deze zorg door zowel zorgverlener als patiënt. Zes maanden na start van de behandeling kan indien nodig, en op indicatie van de huisarts of een medisch specialist, een beroep gedaan worden op een tweede behandelperiode van 6 maanden.

De aanspraak wijzigt per 1 juli 2021 op de volgende punten:

  • De termijn tussen het acute ziektestadium en de verwijzing door de huisarts of medisch specialist is verlengd van 4 naar 6 maanden.
  • De huisarts mag ook verwijzen naar herstelzorg voor een tweede behandelperiode.

Lees op de website van de Rijksoverheid meer over het verlenen van paramedische herstelzorg en de wijzigingen per 1 juli 2021. Lees op de website van het onderzoek naar paramedische herstelzorg meer informatie over aanmelden van patiënt en behandelaar.

Vermeld bij het declareren van COVID-19 herstelzorg logopedie diagnosecode 9500

Het gebruik van diagnosecode 9500 is noodzakelijk om de COVID-19 herstelzorg te kunnen volgen.