Ongestoord op vakantie

In deze aflevering staat de vraag ‘hoe zorg ik ervoor dat ik tijdens mijn vakantie niet gestoord wordt door mijn collega’s? centraal. Roderik van Grieken (directeur van het Nederlands Debat Instituut) leert je hoe je dit het beste kunt aanpakken.
Vraag

Lig je wakker van een werksituatie?

Stuur deze dan in een tekst- of spraakbericht naar avondraad@zilverenkruis.nl. Wil je meer weten over gezond werken? Ga naar zk.nl/magazine

Liever lezen dan luisteren?

Lobke: Je ligt in bed. De wind raast rond het huis. Verwarmingsbuizen tikken in de maat van je hartslag en gedachten spoken door je hoofd. ‘Ik zal deze vakantie vast wel weer veel werkmail krijgen. Of die samenwerking in het team die vreet me op, maar ga ik dat durven zeggen? Als ik maar niet te veel vraag van m’n teamlid dat er net weer is na een half jaar ziek zijn.’ Hoi, ik ben Lobke en leuk dat je luistert naar Avondraad, een podcast van Zilveren Kruis. In deze podcast pieker ik over dingen op werk waar jij 's nachts van wakker ligt zodat jij dat niet meer hoeft te doen. Elke aflevering ga ik op zoek naar een situatie die iemand stress geeft en praat ik met een expert die kan helpen zodat jij een plan hebt en weer gerust kunt slapen, want ook dat telt mee voor je gezondheid.

Luisteraar: Ik lig wakker van mijn vakantie. Ik ga volgende week namelijk lekker op reis, maar ik weet van de vorige keren dat mijn managers en collega’s toch wel continu vragen gaan sturen. En ik heb best wel een drukke periode achter de rug op het werk maar ook privé, dus ik heb die vakantie gewoon wel echt nodig en ook wel verdiend. Maar ik ben dus wel bang dat ze me weer allemaal vragen gaan sturen en dat ik dan weer mijn werk niet los kan laten. En ik merk gewoon dat ik al stress krijg bij het idee als ik eerlijk ben.

Lobke: Ja, herkenbaar. Je wil je collega helpen, maar ja, je bent toch weer heel even met je hoofd bij werk in plaats van je vakantie. En vakantie is wel bedoeld natuurlijk om werk juist los te laten. Dan kan je namelijk heel goed ontspannen en dat telt gewoon mee voor je gezondheid. Nou, gelukkig zit Roderik van Grieken naast mij. Hij gaat ons hierbij helpen. Hij is oprichter en directeur van het Nederlands Debat Instituut. Roderik, welkom. Kan jij je kort even voorstellen?

Roderik: Nou ja, je zei het al hè, de oprichter, directeur van het Nederlands Debat Instituut. Dus ik hou mij samen met mijn collega’s dagelijks bezig met hoe je een inhoudelijke boodschap het beste vorm kan geven. Dus hoe kan je er nou voor zorgen dat datgene wat jij inhoudelijk wil bijdragen in een gesprek, dat dat zo goed en overtuigend mogelijk overkomt. En nou, dat lijkt me ook beetje terugslaan op deze situatie. Hoe ga je deze boodschap brengen?

Lobke: Ja, ik denk dat jij ons wel kan helpen bij deze vraag. Als ik zelf even denk aan zo’n situatie. Toen werd ik een keer gebeld terwijl ik vakantie had, met toch nog wat vragen over een project wat ik, nou ja, naar mijn idee goed had overgedragen. En ik gaf dan wel mijn grenzen aan, maar er werd toch nog gevraagd van: ‘kan jij in een meeting aanschuiven vanmiddag?’ Terwijl ik gewoon vakantie had. Dat is best moeilijk. Als je denkt van: ik zeg redelijk overtuigend van ‘dit gaat niet, ik heb nu vrij.’ Ja, herken jij dat, dit soort situaties?

Roderik: Jazeker. Want ik denk dat we vaak onderschatten, als we zelf degene zijn die niet op vakantie is… Hè, dus jij zit gewoon in jouw werkdag en je stelt even zo’n vraag aan iemand die op vakantie is, ja, wat het effect van die vraag kan zijn. Want al is het een antwoord van één minuut, dan nog is diegene daarna wel weer even bezig, ja, met dat werk en weer even aan het nadenken van: heb ik nou het goeie gezegd of heb ik het niet gezegd? En ja, bij sommigen, die zijn er dan nog vijf of tien minuten mee bezig, maar andere mensen kunnen daar nog een halve dag mee bezig zijn. En ja, dat leidt af van wat je eigenlijk moet doen, en dat is ontspannen. En dat is denk ik ook de sleutel naar de oplossing. Het is niet alleen jouw belang dat je ontspant, maar het is ook het belang van jouw collega’s dat je ontspant. En dat is denk ik de sleutel van de oplossing.

Lobke: Klopt, want hoe meer je ontspant tijdens vakantie, hoe frisser je natuurlijk weer terugkomt na je vakantie. En het is wel moeilijk inderdaad, want ik heb mezelf ook weleens schuldig gemaakt aan die andere kant, hoor. Dat ik dacht: oh, deze vraag, ik moet het echt even weten, dat antwoord. En dat je dan toch een appje stuurt: ‘sorry, ik weet dat je vakantie hebt, maar kan je heel even kort laten weten…’ En wat je zegt, dat kan natuurlijk de hele dag doorwerken omdat je gewoon, ja, er toch mee bezig bent of erover nadenkt of misschien wel het gevoel hebt: ik heb het niet goed achtergelaten. Waar zou dat aan kunnen liggen, dat je het niet snel loslaat?

Roderik: Nou, laten we beginnen met hoe het kan komen dat je toch dat appje stuurt naar diegene die op vakantie is. Ik denk dat dat ook een soort bedrijfscultuurding is. Als dat gebruikelijk is binnen het bedrijf, dan wordt daar ook steeds minder over nagedacht. Dan is dat gewoon iets van: dat doen we gewoon even, dat kan wel. En je onvoldoende realiseert, op het moment dat je dat appje stuurt, wat het effect is op degene die op vakantie is. Totdat jijzelf op vakantie gaat en het dan ook zelf ervaart, hoe dat is. En dan kan het niet anders dan dat iedereen erkent dat je dan met zo’n appje, ja, nog even bezig bent. Terwijl je eigenlijk van het mooie uitzicht zou moeten genieten op dat bootje waar je op aan het dobberen bent in het zonnetje met je gezin en je bent aan het, nou ja, om je heen aan het kijken. Ja, het feit dat je even een paar minuten de aandacht daarvandaan hebt, ja, dat kost bijna, ja, je zou bijna kunnen zeggen een halve dag om dat weer te herstellen. Want je bent even weg uit datgene wat je aan het doen was en wat nuttig was voor jezelf, maar ook voor het bedrijf, en dat is ontspannen.

Lobke: Ja, exact. Ik vond wel dat jij interessant zei van: ‘waar komt het vandaan?’ Is dat dan inderdaad cultuur? Dus we zijn het gewend, want iedereen doet het binnen het bedrijf? Is dat denk je de grootste oorzaak of zijn er nog andere oorzaken?

Roderik: Ik denk het wel. Althans, er kunnen natuurlijk organisaties zijn waar het onvermijdelijk is dat je elkaar af en toe stoort en dat het gewoon, ja, je ook als je op vakantie bent toch enigszins beschikbaar moet zijn. Dat kan. Dan moet je even afspraken maken over hoe je dat dan zo kan organiseren dat het ook voor degene die op vakantie is het beste? Maar ik denk dat er ook heel veel bedrijven zijn waar het gewoon in de cultuur is geslopen. Hè, waar toch een beetje de machocultuur heerst van het hard werken en: ‘ik ben altijd bereikbaar en je kan me altijd, kan je me benaderen.’ Ja, en dan gebeurt dat dus ook en dat is eigenlijk heel ongezond, want daar liggen mensen wakker van.

Lobke: Ik las dus dat bij een onderzoek van CBS, dat de helft van werkend Nederland werkt buiten kantoortijden. Dus ook tijdens vakantie. Dus dat is echt een behoorlijke groep.

Roderik: Ja, op zich hoeft dat nog geen probleem te zijn, hè. Het feit dat mensen buiten werktijden werken. Het is een probleem als je het als een probleem ervaart en als je er last van hebt, wat heel begrijpelijk is. Maar er zijn ook heel veel mensen die het juist prettig vinden om buiten werktijden ook nog even iets te kunnen doen, dus dat is ook maar net hoe je er, althans, hoe ik er tegenaan kijk.

Lobke: Precies. Hoe is dat voor jou zelf? Vind jij het fijn om tijdens je vakantie nog je werkmail bij te houden?

Roderik: Ik vind het wel prettig om in ieder geval iedere dag even, maar wel op een moment dat ik zelf uitkies, even een half uurtje te kijken van: wat is er binnengekomen en wil ik er iets mee of moet ik er iets mee? Maar ik vind dat prettig omdat ik dan niet aan het eind van de vakantie tegen heel veel e-mails zit aan te kijken. En ik vind het prettig om nog een beetje op de hoogte te zijn. Maar ik begrijp heel goed dat voor heel veel andere mensen, dat die daar juist heel anders inzitten en dat gewoon liever niet doen. En dat zou het vertrekpunt moeten zijn: vakantie is vakantie.

Lobke: Ja, en dat is ook de vraag die we kregen. Van: ‘nou hè, ik ben bang dat ik weer gestoord word tijdens mijn vakantie.’  Op dat moment kun je natuurlijk je grenzen aangeven, maar dan is het kwaad eigenlijk al geschied. Hoe zou je nou aan de voorkant iets anders kunnen doen om dit te voorkomen?

Roderik: Ja nou ja, om de… Kijk, want dat is dan zeg maar mijn expertise: hoe breng je iets nou overtuigend? Dus hoe zorg je ervoor dat het het beste landt en dat je ook de grootste kans hebt dat er iets mee gedaan wordt? En dan zou mijn eerste tip zijn om het direct na die vakantie aan te kaarten. Dus als je daar last van hebt gehad op je vakantie, maak het dan bespreekbaar zodra je terugkomt. Want dan is het nog vers, dan zijn de voorbeelden die je kunt aanhalen, kan iedereen zich nog herinneren, want dat is dan kennelijk net de week daarvoor gebeurd. Dus maak het direct bespreekbaar. En maak het niet zo zeer jouw probleem, maar probeer zo snel mogelijk het ook te verwoorden alsof het een organisatieprobleem is. Dus zeg niet direct van: 'joh, ik heb daar heel veel last van gehad,' maar je kan het ook verwoorden van 'zouden we niet eens een keer met elkaar een brainstorm moeten hebben over hoe we ervoor kunnen zorgen dat als iemand van ons op vakantie is, dat we die niet hoeven te storen? Want ik heb daar de afgelopen week last van gehad, maar ik kan me heel goed voorstellen dat anderen van jullie dat ook weleens vervelend hebben gevonden.’  Hè, dus dan maak je het in één keer wat breder dan alleen jouzelf en je doet het op het moment dat het actueel is. Dat zou mijn eerste tip zijn. Maar ja, diegenen die nu aan het luisteren zijn en denken: ja, dat is mooi, maar ik ga nu over twee weken op vakantie en ik wil niet deze vakantie er al last van hebben. Daarvan zou ik zeggen: kaart het dan op tijd aan, bijvoorbeeld door eens een mailtje te sturen aan collega’s van ‘jongens, ik ga over twee weken, weten jullie dat ik naar het Gardameer ga om daar twee weken lang heerlijk in een bootje te dobberen, te genieten van de zon, heerlijke wijn te drinken,’ en nou, verwoordt het ook even op een manier die iedereen erkent, wat iedereen doet als ie aan het Gardameer is. ‘En ik wil voorkomen dat ik in mijn vakantie nog veel bezig moet zijn met het werk. Dus zijn er dingen die we nu kunnen afspreken of die ik nu al kan doen, zodat ik straks op vakantie ook echt vakantie kan vieren?’ Dus dan geef je mensen ook even de tijd om je daarbij te helpen. En je zet het in een sfeer die mensen ook zullen herkennen van: ‘oh ja wacht, ik ga straks ook op vakantie. Hé, dat is voor mij misschien ook wel een idee.’

Lobke: Interessant. Want je noemt een aantal punten waarvan ik denk: nou, daar kan ik gelijk iets mee. Waar ik nog wel benieuwd naar ben, je zei… Je gaf aan van: ‘maak het elkaars probleem,’ hè, dus dat het geen individueel probleem is. Maar stel nou dat je toch op weinig steun kunt rekenen omdat jij eigenlijk de enige bent die het zo ervaart, heb je dan wat overtuigingskracht nodig om toch te laten blijken wat jouw grenzen zijn of…

Roderik: Nou, op dat moment zou ik het dan wel persoonlijk maken. En dan niet op een aanvallende manier van: ‘jullie zijn daar schuldig aan.’ Maar door gewoon te beschrijven waarom dat je er last van hebt op vakantie. ‘Jongens, als jullie mij in mijn vakantie vragen om even het password te geven van het ? [00:10:20] of van onze Google Analytics, ik noem maar wat, dan is dat op zich een hele kleine vraag die ik snap dat die dan nodig is, maar in mij zit nu eenmaal dat ik daar dan de rest van de dag mee bezig ben. Want je zou zeggen: joh, stuur even door 6538 en je bent ervan af. Maar ik ga dan toch weer nadenken over dat mailtje. En ik weet waarom jullie me die vraag stellen, want jullie willen weer een nieuwsbrief gaan maken. Ja, dan ga ik in mijn hoofd toch weer nadenken over: oh, gaan ze dit wel in de nieuwsbrief zetten, zit dat erbij? Kortom, bij mij werkt het zo dat ik daar last van heb als jullie dat doen.’ 

Lobke: Ja, best logisch ook, want je kunt het dan moeilijk loslaten door één vraag die heel simpel lijkt. Terwijl, je hebt natuurlijk van alles wat daar dan weer mee te maken heeft.

Roderik: Ja, maar er kunnen ook mensen… Kijk, het kan ook zijn dat als iemand dat vertelt, dat jij denkt: nou, daar heb ik helemaal geen last van. Ik stuur gewoon 6538, de code, en dan hup, ik neem weer een slok van mijn pinot grigio en je bent het alweer vergeten.

Lobke: Ja, precies. Proost, ja.

Roderik: Dus. Maar dan eigenlijk door het op die manier neer te zetten waarom ik er last van heb geef ik aan dat het ook kan zijn dat je er anders tegenaan kijkt en ga jij misschien beter snappen van: oh, zo heb ik er eigenlijk nooit tegenaan gekeken. Dat je daar ook hè, dat je daar last van kan hebben. Dus als de groep het niet ziet dat ze er met z’n allen wat aan moeten doen, beschrijf dan waarom jij er last van hebt en waarom je wil proberen daarom… Eigenlijk extra je best wil doen voordat je op vakantie gaat om te voorkomen dat je er niet mee overvallen wordt.

Lobke: En je gaf ook aan hè: beschrijf dat ook beeldend, dat werkt ook gewoon voor iedereen. En daarin kan je ook aangeven, ja, dat je er niet op zit te wachten en wat het met je doet. Maar zou je op basis daarvan ook echt concrete afspraken kunnen maken met het team? Is dat een manier om niet gestoord te worden tijdens die vakantie?

Roderik: Ja, dat is wel de ideale situatie natuurlijk, dat anderen het ook herkennen, dat je met elkaar een aantal stappen kan bepalen van: joh, wat kunnen we nu afspreken wat we doen? Hè, het kan bijvoorbeeld ook zo zijn dat jij het type bent dat op het moment dat je: A, dat jij vindt dat je op vakantie je mail moet checken, en B, dat jij dan ook denkt dat je al die mails moet beantwoorden. Terwijl het best zo kan zijn dat iemand die jou een mail stuurt helemaal niet verwacht dat jij die mail beantwoord, maar dat ie denkt: weet je wat, ik stel Lobke alvast die vraag en als ze dan volgende week terugkomt dan kan ze daarmee aan de slag. Dus je kan ook afspraken met elkaar maken van: joh, je kan prima elkaar nog mails sturen als iemand op vakantie is, maar daarmee bedoelen we dus niet dat die mail beantwoord moet worden.

Lobke: Nee, en daar ga je wel vaak vanuit natuurlijk, maar zo lang je dat niet bespreekt weet je eigenlijk helemaal niet wat de verwachting van een ander is.

Roderik: Hè, dus dat kan al heel erg helpen. Het kan helpen door een afspraak te maken van: jongens, als we willen dat iemand toch iets doet in z’n vakantie, omdat dat nu eenmaal echt nodig is, laat dan aan die persoon wanneer ie het het minst erg vindt om gestoord te worden. Van: jongens, doe het dan altijd 's ochtends tussen 8 en 9, want dan ligt de rest van het gezin nog te slapen of mijn vriend is nog aan het slapen, dus dan zit ik toch al beneden, dan vind ik het niet zo erg. Dus dat je dan, als het dan echt niet anders kan, het op zo’n manier inricht dat het voor degene die op vakantie is het meest werkbaar is.

Lobke: Ja, precies. En er zijn een paar landen in Europa, zoals Frankrijk en Portugal, die het recht op onbereikbaarheid hebben. Ook bedrijven in Duitsland die afspraken hebben om bijvoorbeeld de mail die je in de vakantie krijgt gewoon te deleten of tussen bepaalde tijden, dat je elkaar wel of niet mag bereiken. Denk je dat we dat op veel grotere schaal zouden moeten toepassen om echt tot rust te komen op vakantie of is op individueel teamniveau het voldoende?

Roderik: Nou, ik vind het automatisch deleten van mails wel heel erg drastisch. Volgens mij heb je dan echt wel een cultuurprobleem als je dit niet gewoon bespreekbaar kan maken. Dus volgens mij werkt het het beste om dit binnen je team te bespreken. Maar je kan het ook heel praktisch doen door in jouw afwezigheidsassistent, bijvoorbeeld wat ik net zei, dat je gewoon in je afwezigheidsassistent zegt van: ‘jongens, ik ben op vakantie. Nou, ik zit de komende twee weken lekker op een bootje.’ Hè, dus beschrijf even de sfeer waar je in gaat zitten, dat degene die jou een mail gaat sturen dat ook even ziet. ‘Oh ja, wacht eens even, die is op vakantie.’ Maar je kan er bijvoorbeeld ook inzetten van: ‘joh, wil je me toch bereiken, dan heb ik het liefst dat je me appt, en dan 's ochtends tussen 8 en 9 uur. En dan zal ik het beantwoorden.’ Dus dan creëer je in ieder geval voor jezelf ook de beste omstandigheden dat je dan toch bereikbaar bent als dat echt nodig is. Want nogmaals, ja, het kan zo zijn dat je een type werk hebt waar het af en toe wel moet.

Lobke: Precies, maar vaak staat er ook in zo’n afwezigheidsassistent van: ‘m’n mail wordt niet gelezen, het wordt ook niet doorgestuurd en ik ben pas vanaf zoveel augustus weer bereikbaar.’

Roderik: Ja, maar dat kan heel goed en zo zou het uiteindelijk moeten zijn. En ja, bij mij binnen het bedrijf was het… Ja, stond dat inderdaad bij iedereen in de afwezigheids… Staat dat in de afwezigheidsassistent: ‘ik ben weg, dus over drie weken zien we het wel weer, toedeledokie.’ Maar vindt iedereen dat ook normaal? Maar als het niet normaal is, dan gaat het niet helpen door opeens als enige collega die tekst erin te zetten, want dan ga je tegen de bedrijfscultuur in en vinden mensen het bot en onvriendelijk. En hoewel je misschien gelijk hebt, ja, het heeft ook een soort gunfactor die erbij moet zitten. Dus maak het dan op een positieve manier bespreekbaar.

Lobke: Ja, want kennelijk is het toch best wel spannend om het bespreekbaar te maken. Ik denk dat mensen toch wel een drempel ervaren, zeker als het natuurlijk onderdeel van de cultuur is, om daarin je grenzen aan te geven.

Roderik: Ja, en ik kan me zeker voorstellen, als je aan het begin van je carrière zit, dat dat nog extra meespeelt. Want dan zit je misschien bij je eerste of tweede werkgever. Ja, dan is dat wat normaal is want dat is wat je ziet, dus dan ga je al heel snel denken, ja, dat jij gekke Henkie bent die anders is dan de rest. Terwijl, als je natuurlijk al wat meer werkervaring hebt en meerdere werkgevers hebt gezien, dan zal je wat makkelijker zijn om gewoon je grenzen aan te geven. Maar ja, voor die luisteraars die denken: het is normaal dat je tijdens je vakantie gestoord wordt, nee, dat is niet normaal. Alleen, je moet het wel, ja, bespreekbaar maken met elkaar.

Lobke: En je gaf aan: het moment om het bespreekbaar te maken is eigenlijk goed als je net vakantie hebt gehad. Maar goed, stel dat we een half jaar of een jaar dan verder zijn en je volgende vakantie dient zich aan, wat is dan een goeie manier om dat weer even on top of mind te brengen bij je collega's?

Roderik: Nou ja, dan dus het mailtje: ik ga voor twee weken weg, ik wil graag voor die tijd alles afgehandeld hebben. Nou, kunnen we deze afspraken maken? Je zou ook nog kunnen aangeven: als ik weg ben dan is collega Piet degene die mij vervangt. Dus benader die, die weet voor deze en deze dossiers, kan je daar naartoe en voor die en die dossiers kan je daar en daar naartoe. Dus dan faciliteer je ook iedereen om het op een andere manier op te lossen. Sterker nog, je geeft aan dat je er van tevoren over nagedacht hebt van: joh, dossier X, ik snap echt wel dat dat doorloopt, maar daar moet je nu even voor naar die andere persoon. Dus dan wordt die drempel om jou te storen ook wat groter voor een collega, omdat ie had kunnen zien dat, nou ja, hij iemand anders ook kan benaderen.

Lobke: Ja, dus eigenlijk het bespreekbaar maken en ja, met andere oplossingen komen. Dus wie in jouw afwezigheid bereikbaar is. Zijn dat twee dingen die, ja, de sleutel kunnen zijn zeg maar naar niet gestoord worden op vakantie?

Roderik: Ja, en probeer het niet aanvallend te brengen als een verwijt naar je collega's, maar probeer het te tillen naar het niveau dat het een gezamenlijke uitdaging is. ‘Jongens, zou het niet fijn zijn voor ons allemaal als diegene van ons die op vakantie gaan, dat die ook echt zo veel mogelijk van de vakantie kunnen genieten? Kunnen we iets bedenken waardoor dat kan?’ Dat vindt iedereen denk ik in ieder geval een sympathieke gedachte. Misschien dat een aantal mensen denken van: ja, dat kan bij ons helemaal niet, maar het idee is wel sympathiek. We kunnen het in ieder geval proberen. En dan heb je het dus weggetrokken van, nou ja, Roderik tegen de rest, die de rest verwijt dat ze hem gestoord hebben op vakantie, maar dan benader je het vanuit het groepsidee.

Lobke: Ja. Dat is wel een goeie, want vaak merk je met dit soort dingen, als je het bespreekt, dat je vaak niet de enige bent, dat natuurlijk meerdere mensen dat hebben. Maar dat het voor meerdere mensen, collega's, lastig was om het überhaupt bespreekbaar te maken. Dus dat is wel een goeie.

Roderik: Ja. En gaan mensen je misschien zelfs dankbaar zijn van: dat is degene die het heeft durven aankaarten. Want iedereen zit weleens op dat bootje in het Gardameer en wil dan niet gestoord worden het liefst.

Lobke: Nee. Nou, ik hoop dat we nu de vraag zo beantwoord hebben dat, ja, degene die hiermee zit gewoon verder kan en morgen dit kan aankaarten op het werk. Wat doe jij eigenlijk om je hoofd leeg te maken als je gaat slapen en je hebt nog een bepaalde werkvraag die je bezighoudt?

Roderik: Ja, ik heb het voordeel dat ik altijd makkelijk inslaap. Maar ik word dan wel op een gegeven moment 's nachts weer wakker. En mijn manier om daarmee om te gaan is zeg maar de worsteling dan maar volledig te omarmen. Dus het heeft bij mij geen zin om schaapjes te gaan tellen of thee te gaan drinken of wat anders te gaan doen. Ik weet dat als het me overvalt 's nachts dat ik begin te worstelen met een idee, dan denk ik: oké nou, dit gaat nu gewoon even een paar uur duren. Maar puur door in bed te liggen en niet te bewegen rust ik ook al een beetje uit en dan ga ik er maar over piekeren. Ik probeer af en toe mijn gedachten wel weer te verleggen, maar ik ga er nooit tegen strijden. Want dan, ja, dan rust je echt niet uit. Dus dan probeer ik maar binnen die worsteling die in m’n hoofd gaat toch in ieder geval rustig te blijven ademen en te blijven liggen.

Lobke: En uiteindelijk in slaap te vallen.

Roderik: En uiteindelijk val je natuurlijk altijd wel in slaap. Alleen, da heb je gewoon weer even een korte nacht gehad.

Lobke: Ja, precies.

Roderik: Maar bij mij is dan dat ik denk: maar dan ben ik nog steeds meer uitgerust dan toen ik naar bed ging, want ik heb in ieder geval een paar uur geslapen.

Lobke: Precies. Nou, je kan je vraag natuurlijk ook altijd insturen naar Avondraad, dan kunnen wij jou helpen en hopelijk een plan maken voor de volgende dag. Dank je wel dat je er was Roderik, superfijn, en slaap lekker.

Roderik: Jij ook.